Archive

Archive for the ‘Dutch’ Category

Interview met Houshang Asadi: de Volkskrant

April 12, 2012 Leave a comment

 Wikipedia :de Volkskrant

Interview met Houshang Asadi

April 7, 2012 Leave a comment
  Op welk moment besloot je je boek te schrijven?   Ik begon met mijn boek tijdens mijn martelingen. Ik ben schrijver en journalist, dus toe ik daar hing aan het plafond in de gevangenis dacht ik, als ik dit overleef of ontsnap moet ik over deze ervaringen schrijven. Elke menselijke ervaring is in de literatuur speciaal.  Maar ik begon daadwerkelijk te schrijven vele jaren later. Na 6 jaar gevangenschap werd ik vrij gelaten maar ik werd in mijn huis gecontroleerd. Zo werd ik vaak geblinddoekt meegenomen voor ondervraging en was ik altijd bang dat ze mijn huis binnen zouden gaan en al mijn papierwerk zouden vinden. Dus begon ik vaak met schrijven, maar dan stopte ik weer.  Tot dat ik mijn eigen land moest verlaten en naar Parijs vluchtte. In Parijs had ik niets, geen baan en niets te doen. Elke dag maakte ik een wandeling in mijn buurt en vond vlakbij mijn huis een bibliotheek. Ik ging naar binnen, vond papier en ging schrijven. Ik had toch niets te doen.   Je boek bestaat uit 28 brieven gericht aan je folteraar, vanwaar deze vorm?   Ik was begonnen met mijn boek, maar zocht nog naar de juiste vorm. Uiteindelijk herinnerde ik dat wij in gevangenschap gedwongen werden brieven aan onze folteraars te schrijven als we iets wilden.   De brieven moesten wij beginnen met in naam van God, Beste broeder Hamid mag ik naar het toilet. Later moesten wij ook blaffen als honden als we iets wilden, maar de brieven vond ik een goede vorm voor mijn boek, en toen begon ik te schrijven.   Kun jij iets vertellen over de omstandigheden in de Moshtarek gevangenis in Teheran waar je zat?   Ja, ik ben tot 5 keer toe gevangen gezet in Moshtarek. Voor de revolutie was het een foltermuseum. De laatste keer heb ik er zes jaar gezeten waar ik ook vele martelingen en mensonterende situaties onderging. Elke keer wij onze folteraar ontmoetten waren we geblinddoekt.   Mijn folteraar was broeder Hamid. Ik werd dag en nacht gemarteld. Opgehangen aan het plafond, beroofd van slaap met zweepslagen. Het ergste moment was dat ik werd gedwongen mijn eigen stront te eten.   Hoe herinner jij je Iran als kind?   Ik herinner mij Iran als kind als een vrij land. Tijdens de Sjah woonden wij in een groot huis en allerlei religies leefden met elkaar. Joden, Moslims, Shiva\’s noem maar op. Mijn moeder was een praktiserende moslim.  Niemand vroeg naar je religie. Dit bleef ook zo toen ik ouder werd en bij Kayhan krant kwam werken. Daar werkten ook allerlei religies. De Sjah regime was echter tegen deze vrijheid. Dus werd het een revolutie. Na de revolutie veranderde Iran totaal.   Toen jij voor de krant werkte was je tegen de Sjah. Na de revolutie kregen jullie een Islamitische republiek onder leiding van Ayatollah Khomeini. Ook een repressief regime…   Ik was lid van de Iraanse schrijvers en we hadden vrijheid nodig. We wilden de Sjah weg voor vrijheid. Na de revolutie was het een paar maanden goed, maar na 6 maanden begonnen ze iedereen te arresteren wat uitmondde in massamoorden in de gevangenissen.  Dus ben ik tegen de Ayatollah, niet omdat hij Ayatollah is, maar omdat hij ook tegen vrijheid en tegen mensenrechten is. Mijn land is totaal verwoest.   Jij zat tijdens de Sjah regime toendertijd gevangen met de huidige Ayatollah Khāmenei, die je als vriend beschouwde. Verandert dat je kijk op hem nu?   Toen ik met hem gevangen zat tijdens de Sjah regime was hij een goed mens, een aardige man. We maakten grapjes, praatten veel met elkaar over van alles, over de folteringen tot aan de liefde toe.  Maar nu is hij van een aardige man in de gevangenis veranderd in een wrede overheerser.   Ayatollah Khāmenei heeft zelf martelingen meegemaakt in de gevangenis en onder zijn regime gebeurt precies hetzelfde. Is dat niet tegenstrijdig?   Ja, maar stel dat jij grote macht krijgt, eigenlijk ongelimiteerde macht in een rijk land als Iran met miljarden aan olie inkomsten dan weet ik niet wat er met jou gebeurt.  Macht doet veel met mensen.   Wat denk je dat er moet gebeuren in Iran?   Voor meer dan 100 jaar vecht de Iraanse bevolking voor democratie en mensenrechten. Mijn generatie dacht dat wij ons land konden kiezen na de revolutie. Maar traditie bleek ook belangrijk. Wij hadden het verkeerd. De vrijheid werd vervangen door religie.  De jonge Iraanse bevolking onder 30 jaar van nu, gelooft wel in onze doel. De meesten zijn verwesterd, cultureel onderlegd in kunst, sport en muziek en gebruiken de computer.  De regering probeert dit te onderdrukken door mensen naar gevangenissen te sturen, te folteren, vrouwen te verkrachten om deze verandering tegen te gaan. Je kan de verandering vertragen maar je kan het niet tegenhouden. Ik geloof dat Iran gaat veranderen vroeg of laat.   Met weer een revolutie?   Nee, niet met een revolutie. De revolutie is over. De mensen hebben door dat er dingen moeten veranderen in het land en dat er democratie moet komen.  Een paar dagen geleden kondigde President Obama al aan dat er een einde aan de elektronisch gordijn in Iran moet komen. Ten eerste moet technologisch gezien de gordijn weg. De Iraanse regering heeft geld en moet dit gebruiken. De Iraanse bevolking heeft dit geld niet.  Ten tweede wat er moet gebeuren is dat de Iraanse oppositie buiten Iran onafhankelijke media nodig heeft. We hebben veel kleine media en twee grote media, de BBC en Voice of America. Maar de BBC is de naam van Groot-Brittannië en ook Voice of Amerika is van de Verenigde Staten. De Iraanse bevolking gelooft niet helemaal in deze landen.  Als we media hebben gerund door professionele Iraanse journalisten en we kunnen direct praten met mensen binnen Iran zou dit de situatie helpen.   Jij hebt Rooz Online opgezet. Helpt dat dan niet?   Rooz Online heeft elke maand 6 miljoen lezers. 65 procent daarvan komt van binnen Iran. Het wordt natuurlijk door de regering gefilterd, maar via een omweg komen mensen er wel. Het is natuurlijk wel goed maar wij hebben een krachtige Rooz Online nodig via internet, radio en tv. Rooz Online praat met de intellectuelen, we moeten ook met de gewone man binnen Iran kunnen praten.   Wat doe jezelf bij Rooz Online?   Elke week schrijf ik een artikel op Rooz Online over wat deze week gebeurd is in Iran en analyseer ik dat. Voor de rest schrijf ik over kunst en besteed ik de rest van de tijd aan het schrijven van mijn boeken. Ik ben mijn carrière begonnen met het schrijven van film artikelen voor Gozaresh Film, het grootste filmblad van Iran.  Maar mijn grootste liefde is literatuur. Journalist is mijn baan, maar literatuur is mijn passie en vooral geschiedenis, romans en poëzie.   Om terug te komen op broeder Hamid…  (Houshang glimlacht: my dear friend Hamid..)  Ik voelde en las totaal geen haat of wrok in je boek naar hem toe.   Ik ben geen man van haat. Zelfs voordat ik naar de gevangenis ging was er veel liefde binnenin mij.  In Iran is dat anders. Daar heerst ook wraak. Er worden mensen vermoord, er komt een ander regering en de geschiedenis herhaalt zich keer op keer. Dus als ik jou niet mag, vermoord ik jou. Ik geloof daar niet in, het is geen uitweg. Het is tijd om de cirkel te doorbreken en een nieuwe weg te vinden. Je vergeet nooit het verleden, maar je vergeeft.  We moeten leren dat iedereen met wat voor een ideeën ook recht hebben te leven in een samenleving.  Hetzelfde geldt voor mijn boek. Ik heb het 5 a 6 keer gecorrigeerd. Ik wilde het boek publiceren zonder haat. Ik ben blij dat mijn boek geen haat kent. Haat lost niets op.   Wat weet je nu over broeder Hamid?   Een vriend emailde mij een foto, en vroeg me: Ken je die man? Ik herkende broeder Hamid gelijk en mijn lichaam begon te shaken, alles kwam terug. Hij bleek ambassadeur te zijn in Tajikistan.   Nu is hij een rijke handelaar die vanuit Iran zaken doet met China.   Heb je hem een boek gestuurd?   Nee, maar anderen denk ik wel. Hij wacht denk ik op de vertaling. Natuurlijk heeft hij van mijn boek gehoord, de meeste mensen in Iran hebben er van gehoord.   Zou je hem nog willen zien?   Ik zou het niet leuk vinden om hem weer te zien, maar als ik hem zie zeg ik, ik heb mijn boek geschreven, kom naar Parijs en drink een biertje met mij.  Dat zijn ook de laatste zinnen aan het einde van mijn boek. Door deze zinnen heb ik ook de International Human Rights Book Award 2011 gewonnen. De jury was daarvan onder de indruk, na vele martelingen en ellende en pijn nodig je hem uit voor een biertje.  Maar hij is een religieuze man, dus misschien is jus d\’orange beter!   Kun je hem begrijpen vanuit zijn perspectief?   Hij was heel jong, religieus en idealistisch. Het was een weg naar succes voor hem. Van een jonge student, naar folteraar, toen ambassadeur en nu en succesvol handelaar, hij is zeer rijk.  Veel mensen in de Iraanse regering hebben zo een verleden. Zijn begonnen met het martelen van mensen. De meesten zullen dat niet bekennen. Maar mensen weten wie ze zijn. Misschien als de regime verandert, worden er dossiers gevonden met wie is wie. Ik vond totaal per ongeluk mijn folteraar terug via een foto.   Wat heb je over gehouden aan de martelingen, lichamelijk en geestelijk?   Ik heb nachtmerries, littekens van over gehouden op mijn rug, en van mijn zelfmoordpogingen. Ik kan mijn rechterhand niet meer gebruiken door alle ophangingen aan het plafond. Maar dat is niet het belangrijkste. Op een gegeven moment vergeet je de fysieke pijn en martelingen, maar mijn belangrijkste wond is in mijn hart en ziel.  Je persoonlijkheid verandert onder martelingen, het is geen gewoon dagelijkse ervaring. Ik ben niet meer dezelfde persoon als voor de martelingen, nooit meer. Mijn ziel, mijn gezondheid, deze heftige ervaringen hebben mij compleet verandert en draag ik dit de rest van mij leven bij me.   Hoe beleef je je nieuwe thuisstad Parijs?   Ballingschap is ballingschap. Buiten je eigen land ben je niet meer in je eigen situatie. Je hebt niet veel geld, geen goed plek om te wonen, maar aan de andere kant ben je vrij en kun je schrijven.  Er zijn twee kanten, maar het is beter als iemand in zijn eigen land kan én mag zijn.   Eind maart 2012 verschijnt bij Omniboek Brieven aan mijn folteraar.
Categories: Dutch

Zweepslagen en poep eten in Iraanse cel

April 7, 2012 Leave a comment

AMSTERDAM – Hij kreeg zweepslagen, werd ondersteboven gehangen en moest zijn poep eten.

Om iedereen te laten weten hoe erg de martelingen in Iran zijn, schreef de Iraanse schrijver Houshang Asadi het boek ‘Brieven aan mijn folteraar’.

Het gedetailleerde en levendig geschreven boek komt dezer dagen uit in de Nederlandse vertaling. In de tekst haalt de nu 61-jarige activist herinneringen op in fictieve brieven aan zijn ondervrager ‘Broeder Hamid’. ”Ik wil vergeven, maar niet vergeten”, zei hij.

 

Asadi was indertijd activist voor de Socialistische Partij en adjunct-hoofdredacteur van een grote krant. Hij werd daarom al opgepakt in de jaren zeventig onder de pro-westerse sjah en later langdurig tijdens het islamitisch bewind van de ayatollahs.

Opmerkelijk

Opmerkelijk is dat hij in 1974 in een cel zat met geestelijke Ali Khamenei, die sinds 1989 als grootayatollah de opperste leider van Iran is. De twee konden destijds goed met elkaar opschieten en deelden hun afkeer van de bewakers. Nu laat Khamenei dezelfde bewakers activisten folteren, zegt Asadi verwijtend.

”Als ik hem nu zou ontmoeten, zou ik zeggen: ”Stop eens, denk eens aan 40 jaar geleden. Kijk eens in de spiegel. Toen was je een aardige man, je voedde een linkse man met je handen. Nu laat je toe dat moslims worden vermoord, dat moslimvrouwen worden verkracht. Maar als reactie zal hij me waarschijnlijk arresteren en executeren”, verwacht Asadi.

De schrijver leeft nu in Parijs. Daar heeft hij nieuwssite roozonline.com opgericht, met steun van de Nederlandse hulporganisatie Hivos.

Bevolking

Asadi rekent erop dat de jeugdige bevolking van Iran het ayatollah-regime omver zal werpen. ”Veel jongeren willen een moderne levensstijl. Het kruitvat moet een keer ontploffen. In 2009 zagen we al veel verzet via Twitter en Facebook”. Hij meent dat dit het begin was van de Arabische Lente, die elders leidde tot revoluties.

De schrijver beseft dat hij vecht tegen een regime dat rijk is door olie-en gasinkomsten. Het land heeft zelfs een ‘elektronisch gordijn’ om het land gelegd, waardoor Iraniërs amper informatie uit het buitenland krijgen.

”De meeste inwoners geloven alles wat het regime vertelt. Ik heb dit boek vooral geschreven zodat ook zij weten wat er gebeurt in de gevangenis. Alleen durft mijn Libanese uitgever het boek nog niet uit te te geven in het Arabisch.”

Categories: Dutch

Zweepslagen en poep eten in Iraanse cel

April 7, 2012 Leave a comment

AMSTERDAM –  Hij kreeg zweepslagen, werd ondersteboven gehangen en moest zijn poep eten. De Iraanse schrijver Houshang Asadi krijgt nog vochtige en verstarde ogen als hij eraan terugdenkt. „’s Nachts komen de nachtmerries. Het is al zo’n 30 jaar geleden, maar het laat me niet los”, vertelt hij.

Om iedereen te laten weten hoe erg de martelingen in Iran zijn, schreef hij het boek ‘Brieven aan mijn folteraar’. Het gedetailleerde en levendig geschreven boek komt dezer dagen uit in de Nederlandse vertaling. In de tekst haalt de nu 61-jarige activist herinneringen op in fictieve brieven aan zijn ondervrager ‘Broeder Hamid’. „Ik wil vergeven, maar niet vergeten”, zei hij in een interview met het ANP.

Asadi was indertijd activist voor de Socialistische Partij en adjunct-hoofdredacteur van een grote krant. Hij werd daarom al opgepakt in de jaren zeventig onder de pro-westerse sjah en later langdurig tijdens het islamitisch bewind van de ayatollahs.

Opmerkelijk is dat hij in 1974 in een cel zat met geestelijke Ali Khamenei, die sinds 1989 als grootayatollah de opperste leider van Iran is. De twee konden destijds goed met elkaar opschieten en deelden hun afkeer van de bewakers. Nu laat Khamenei dezelfde bewakers activisten folteren, zegt Asadi verwijtend.

„Als ik hem nu zou ontmoeten, zou ik zeggen: „Stop eens, denk eens aan 40 jaar geleden. Kijk eens in de spiegel. Toen was je een aardige man, je voedde een linkse man met je handen. Nu laat je toe dat moslims worden vermoord, dat moslimvrouwen worden verkracht. Maar als reactie zal hij me waarschijnlijk arresteren en executeren”, verwacht Asadi. De schrijver leeft nu in Parijs. Daar heeft hij nieuwssite roozonline.com opgericht, met steun van de Nederlandse hulporganisatie Hivos.

Asadi rekent erop dat de jeugdige bevolking van Iran het ayatollah-regime omver zal werpen. „Veel jongeren willen een moderne levensstijl. Het kruitvat moet een keer ontploffen. In 2009 zagen we al veel verzet via Twitter en Facebook”. Hij meent dat dit het begin was van de Arabische Lente, die elders leidde tot revoluties.

De schrijver beseft dat hij vecht tegen een regime dat rijk is door olie-en gasinkomsten. Het land heeft zelfs een ‘elektronisch gordijn’ om het land gelegd, waardoor Iraniërs amper informatie uit het buitenland krijgen. „De meeste inwoners geloven alles wat het regime vertelt. Ik heb dit boek vooral geschreven zodat ook zij weten wat er gebeurt in de gevangenis. Alleen durft mijn Libanese uitgever het boek nog niet uit te te geven in het Arabisch.”

link

Categories: Dutch

Brieven aan een folteraar

April 7, 2012 Leave a comment

 Houshang Asadi
Toegevoegd: donderdag 22 mrt 2012, 17:31

Door buitenlandredacteur Esther Bootsma

Maandenlang werd hij gemarteld, dag en nacht. Opgehangen aan het plafond, beroofd van slaap, zijn voetzolen en handen rauw van de zweepslagen. “Het ergste moment was dat ik werd gedwongen mijn eigen stront te eten. Daardoor brak ik”, zegt de Iraanse schrijver Houshang Asadi. “Daardoor bekende ik dat ik een spion was, wat ik natuurlijk helemaal niet was. Ik haatte mezelf, maar had geen keus.”

Houshang Asadi heeft zijn ervaringen verwerkt in zijn boek ‘Brieven aan mijn folteraar’, dat vrijdag in Nederland uitkomt. Zes jaar lang, van 1983 tot 1989, zat hij in de beruchtste gevangenis van Iran. Zijn folteraar had de bijnaam Broeder Hamid

Houshang Asadi

“Een jonge man, heel religieus, extreem wreed. Hij had harde handen en geen enkelmededogen met mij. Hij wilde me doden, maar had daar geen toestemming voor. Daarom doodde hij mijn hart en mijn geest”, vertelt Asadi tijdens een bezoek aan Amsterdam.

Littekens

Omdat hij altijd geblinddoekt was, heeft hij Broeder Hamid maar drie keer per ongeluk gezien. De eerste keer door een gat in zijn celdeur. Er zat een stukje karton voor, waar iemand een gaatje in had geprikt. Het gaatje was genoeg om zijn folteraar 25 jaar later te herkennen.

“Een vriend mailde me een foto, en vroeg me: ‘Ken je die man?'”, zegt Asadi, die in 2003 naar Parijs vluchtte en daar nu een Iraanse internetkrant Rooz online uitgeeft: . “Ik had een oude computer, dus de foto kwam heel langzaam tevoorschijn. Maar bij het voorhoofd wist ik al dat het Broeder Hamid was. Mijn hele lichaam begon te trillen, ik voelde de littekens op mijn voetzolen branden”, zegt Asadi.

De folteraar blijkt dan ambassadeur te zijn in Tajikistan, zijn echte naam is Naser Sarmadi Parsa. “Vrienden van ons hebben gezorgd dat de foto met mijn verhaal werd uitgezonden op televisie. Een paar dagen later werd hij teruggehaald naar Iran. Nu is hij een rijke handelaar.”

Tandenborstel

Asadi was al langer van plan om over de martelingen te schrijven, maar kon steeds de juiste vorm niet vinden. Ineens wist hij het: brieven aan Broeder Hamid. “Omdat hij me altijd dwong te schrijven. Mijn levensverhaal, dat hij ‘smerige gedichtjes’ noemde, maar ook elk klein verzoek. Als ik mijn tanden wilde poetsen, moest ik een onderdanige brief schrijven: Beste Broeder Hamid, mag ik alstublieft een tandenborstel?”

Aanvankelijk begreep Asadi niets van zijn arrestatie. Als linkse adjunct-hoofdredacteur van de grootste krant in Iran, Kayhan, had hij juist de islamitische revolutie gesteund. Maar zijn religieuze vrienden blijken zijn grootste vijanden. Honderden intellectuelen worden gearresteerd, gemarteld en gedood.

Het ergste martelwerktuig is de blinddoek, zegt Asadi. “Omdat jij je folteraar niet ziet, maar hij jou wel. Hij ziet elke trilling van je lichaam, hij heeft volledige controle over je.” Een gevangene met een blinddoek is volstrekt machteloos. “Een lichaam dat een klap ziet aankomen, gaat automatisch in de verdediging, maar wie blind is, mist het defensief.”

Murw van de martelingen bekent Asadi uiteindelijk dat hij een spion is van de Sovjet-Unie en de Britse geheime dienst tegelijk. Hij wordt veroordeeld tot vijftien jaar cel. Na zes jaar komt hij wegens goed gedrag vrij.

Hondenscheet nr 1

Hoe gruwelijk zijn ervaringen ook zijn, Asadi schrijft ook met humor. Bijvoorbeeld over de drie maanden (nog voor de revolutie) waarin hij een cel deelde met Ali Khamenei, nu de hoogste geestelijk leider van Iran. Die gaf de bewakers altijd bijnamen: Hondenscheet nr 1 en Hondenscheet nr 2. Ze werden goede vrienden. “Alleen één onderwerp was taboe: seks. Als ik daar een grap over maakte, zei Khamenei: ‘Houd alsjeblieft op’.”

Asadi voelt geen haat tegen ayatollah Khamenei, al is het huidige bewind volgens hem wreder dan welk eerder Iraans bewind ook. Ook voelt hij geen haat meer tegen zijn folteraar. “Ik vergeef Broeder Hamid. Het was een lang, persoonlijk, moeilijk gevecht om dat te bereiken. Maar in de geschiedenis van Iran hebben we al zo vaak een dictator verdreven en altijd kregen we een nieuwe dictator terug. Dat komt door de haat. Om deze cirkel van haat en wraak te doorbreken, moeten we wel vergeven. Alleen dan heeft democratie een kans.”

Houshang Asadi, ‘Brieven aan mijn folteraar, Liefde, revolutie en gevangenschap

in Iran’, uitgeverij Omniboek, ISBN 9789059771109 

link

Categories: Dutch

Houshang Asadi schrijft brieven aan zijn folteraar

April 7, 2012 Leave a comment

 

Recent is ‘Brieven aan mijn folteraar’ verschenen. Hetboek van de Iraniër Houshang Asadi, een persoonlijk verslag van zes jaar gevangenschap en marteling, werd bekroond met de International Human Rights Book Award 2011.

Als vooraanstaand journalist die uitkomt voor zijn politieke overtuigingen is de Iraniër Houshang Asadi er aan gewend dat hij regelmatig wordt gearresteerd. Na een paar dagen komt hij echter altijd weer vrij. In 1983 is dat anders. Asadi wordt gearresteerd, geblinddoekt afgevoerd, twee jaar afgezonderd opgesloten en meedogenloos gefolterd door ‘broeder Hamid’.

Aanvankelijk is Asadi ervan overtuigd dat het om een persoonsverwisseling gaat. Als aanhanger van de Islamitische Revolutie heeft hij in de jaren zeventig een gevangeniscel gedeeld met de Ayatollah Khamenei, die hij beschouwt als een vriend. Asadi wordt gedwongen te ‘bekennen’ dat hij een spion is voor de Britten en Russen.

Hij wordt veroordeeld tot vijftien jaar gevangenschap, maar na zes jaar vrijgelaten.

In 2003 vlucht Asadi naar Parijs. De herinneringen aan broeder Hamid zijn onuitwisbaar. Hij besluit zijn ervaringen op te schrijven, wat tot een hartaanval leidt. Toch maakt hij het boek af. In Brieven aan mijn folteraar, bekroond met de International Human Rights Book Award 2011, beschrijft Asadi op bovenmenselijke wijze zijn mensonterend lijden. Afshin Ellian: ‘Niet met haat, maar met verbazing en liefde vertelt hij zijn verhaal.’

Over de auteur
Houshang Asadi werd in 1950 geboren in Teheran. Voor de Islamitische Revolutie was hij vele jaren adjunct-hoofdredacteur van Kayhan, het grootste dagblad van Iran. Vervolgens was hij twaalf jaar hoofdredacteur van Gozaresh Film, het grootste filmblad van het land. Asadi schreef romans, toneelstukken en filmscenario’s en vertaalde werken van onder anderen Gabriel Garcia Marquez en T.S. Eliot. Hij woont nu met zijn vrouw in ballingschap in Parijs en is er een van de oprichters van de invloedrijke nieuwssite Rooz Online.

link

Categories: Dutch

Photos of Norway

here are my photos

Categories: Dutch